1. Tijdens de periode waarin de nieuwe coronavirus-antigeen- of nucleïnezuurtest positief is.
2. Tijdens de periode van koorts, keelpijn, hoesten, loopneus, spierpijn, vermoeidheid en andere vermoedelijke symptomen van een nieuwe coronavirusinfectie.
3. Wanneer ziekteclusters voorkomen in de gemeenschap en op school waar mensen wonen, werken of studeren.
4. Bij het zoeken naar medische behandeling, het begeleiden, begeleiden of bezoeken van medische instellingen.
5. Wanneer buitenstaanders plaatsen betreden waar kwetsbare bevolkingsgroepen geconcentreerd zijn, zoals instellingen voor ouderenzorg en sociale voorzieningen.
Tijdens de werkperiode van medisch, catering-, schoonmaak-, beveiligings- en ander openbaar dienstpersoneel in belangrijke instellingen zoals instellingen voor ouderenzorg, instellingen voor maatschappelijk welzijn, instellingen voor kinderopvang, scholen en opleidingsinstellingen buiten de campus.